Als voedsel verloren gaat voor menselijke consumptie, om welke reden dan ook, spreken we over voedselverlies. Uit onderzoek blijkt dat een derde van al het voedsel dat wereldwijd voor menselijke consumptie wordt geproduceerd, verloren gaat. Dat gebeurt in de hele voedingsketen, van boer tot consument. In absolute cijfers gaat het wereldwijd over meer dan een miljard ton voedsel per jaar. Voedselverliezen krijgen vaak een andere nuttige bestemming of valorisatie.

Waarom voedselverlies voorkomen?

  • Het verbetert de voedselzekerheid - de toegang die mensen hebben tot voedsel, zowel bij ons als in de rest van de wereld.
  • Het vermindert economische verliezen en leidt tot meer efficiëntie en innovatie in de voedselketen.
  • Het draagt bij tot een duurzame voedselketen en is goed voor het milieu.

Wat kan je zelf doen?

  • 1. Plan maaltijden en aankopen zorgvuldig

Plan je maaltijden voor een hele week. Ga na voor hoeveel personen je zal koken en hoe je eventuele restjes de volgende dag nog kunt gebruiken.

Maak je planning niet te strak. Voorzie één dag per week geen maaltijd. Zo is er ruimte voor een lastminuterestaurantbezoek of andere onvoorziene plannen. 

  • 2.  Maak een boodschappenlijstje

Maak een boodschappenlijstje en hou je eraan. Let op met impulsaankopen.

Controleer wat je in huis hebt voor je naar de winkel gaat. Zo koop je niet het zoveelste pak pasta of rijst.

  • 3. Organiseer je koelkast en voorraadkast

Heb jij ook al eens een vervallen yoghurtpotje uit de koelkast gevist dat helemaal achter de boontjes en de ketchup verstopt zat? Dat kun je vermijden door je koelkast, koele berging en voorraadkast goed te organiseren.

  • Enkele tips

Zorg dat je in een oogopslag zicht hebt op wat je nog in huis hebt.Zet de producten die eerst op moeten goed zichtbaar vooraan.

Plaats nieuw aangekochte producten achter de oude. Zo ben je zeker dat je steeds de oudste producten eerst verbruikt.

  • 4. Bewaar voeding op een correcte manier

Als je fruit en groenten op de juiste manier bewaart, bederven ze veel minder snel.

Enkele vuistregels

  • Groenten en fruit die hier in open lucht gekweekt worden, bewaren het langst in de koelkast.
  • Tomaten bewaar je nooit in de koelkast.
  • Tropische groenten en fruit bewaar je in een koele berging.
  • Laat alle groenten en fruit in de originele verpakking. Een bot asperges omwikkel je best met een vochtig doek.
  • Tomaten, appelen en bananen bewaar je best gescheiden omdat ze andere groenten en fruitsoorten sneller doen rijpen.
  • Brood wordt snel taai. Bewaar het daarom altijd in de originele zak en bij kamertemperatuur. Je kunt het ook invriezen
  • Voor andere voedingswaren vind je de juiste bewaarvoorschriften meestal op het etiket.
    • ‘Koel bewaren’ verwijst naar bewaren in een koele berging of kelder.
    • ‘Gekoeld bewaren’ of ‘bewaren bij maximum 7°C’ verwijst naar de koelkast
    • Als het product in de winkel in de koeling ligt, hoort het thuis ook in de koelkast. Een uitzondering daarop zijn eieren: in de winkel staan deze meestal niet in de koeling, maar thuis bewaar je ze toch best in de koelkast.

Download de handige pdf bestandFiche 'Waar bewaar je groenten en fruit?' (1.21 MB)

  • 5. Wees een creatieve kok

Durf los te komen van recepten: pas ze aan om ingrediënten die je in huis hebt te verwerken of beperk het aantal verschillende bestanddelen zodat erna niet een berg aangesneden of geopende producten overblijven. Leer welke producten je gemakkelijk kan combineren en experimenteer met restjes.

  • 6. Kijk naar de houdbaarheiddatum én gebruik je zintuigen

Om de voedselveiligheid van producten in te schatten kan je gebruikmaken van de houdbaarheidsdatum vermeld op de verpakking. Houd dan wel rekening met het verschil tussen de ‘Te gebruiken tot’-datum en de ‘Ten minste houdbaar’-datum. Anders loop je het risico veel voedsel dat nog perfect eetbaar is te verspillen. Producten waarvan de datum na de vermelding ‘Te gebruiken tot’ is verstreken, eet u best niet meer op. Producten met de vermelding ‘Ten minste houdbaar tot’ waarvan de datum is verstreken, kun je in vele gevallen nog opeten. Aarzel daarbij niet om gebruik te maken van je zintuigen om de smaak, geur en het uitzicht van voeding te controleren.

Meer uitleg vind je in de pdf bestandFiche 'Wat betekenen 'Te gebruiken tot' en 'Ten minste houdbaar tot'?' (668 kB)

  • 7. Serveer juiste porties

Hoeveel rijst, pasta of groenten je moet klaarmaken, is soms moeilijk in te schatten. Je kunt de hoeveelheden afwegen met een weegschaal of gewoon met een koffiekopje. Schrijf een tijdje op hoeveel gram pasta, aardappelen of asperges je hebt gekookt en of het te veel of te weinig was. Zo leer je beter inschatten hoeveel je nodig hebt.

  • 8. Eet restjes op

Krijg je een brood nooit tijdig op? Vries dan een deel in. Ook restjes van door jezelf bereide maaltijden kun je invriezen. Zo heb je meteen een maaltijd voor dagen waarop je geen zin of tijd hebt om te koken.

Belanden bij jou thuis oud brood, restjes rijst, pasta of aardappelen nog vaak in de vuilnisbak? Jammer, ze vormen immers de basis voor enkele lekkere en snelle maaltijden en tussendoortjes. Laat je inspireren door de pdf bestandInspiratiefiche 'Snelle maaltijden en tussendoortjes met restjes' (1.3 MB).

(Bron: Voedselverlies.be)